zondag 31 maart 2013

Het goede voorbeeld

Ik was aan 't zoeken naar een foto waar je nog duidelijk op ziet hoe hij eruit zag. Helaas herken ik het niet meer zo goed, dus ik kan niet aanduiden welk model het exact was. Volgens mij kocht mijn vader vroeger altijd een Peugeot 405. Alleen, als ik dat Google kom ik foto's tegen van een auto die veel te hip is om deze uitleg verder te zetten. Het zal dus wellicht een ander model geweest zijn. Ik denk dan ook dat het wellicht een ander cijfer was. 504 zou kunnen , 505 ook. Maar ook daar laat mijn geheugen me in de steek. De foto's doen nergens een belletje rinkelen.

Feit is wel dat het telkens dezelfde was. Ik herinner me de opeenvolgende wagens die tweedehands werden aangeschaft, en telkens was het dus die Peugeot. Ik was me zeker niet bewust van wat voor een wagen dat was, want ik was nog veel te jong. Ik weet alleen dat met de jaren mijn smaak in auto's, die volgens de medemensen die me kennen heel erg vreemd is, toen ontstaan is. Wacht! Ik bedoel dus niet dat ik het van mijn vader geleerd heb, hè! Helemaal in tegendeel zelfs. Al wat bij ons in huis kwam van familiewagen, daar had ik een absolute hekel aan. Het was altijd een vreselijk trage diesel die geen pit had en veel roest. Toen was dat nog zo, auto's roestten toen nog.

Het toppunt is wellicht dit vehikel. Ook hier kan ik me vergissen van model, ik weet dat het een grijze was. Wij noemden het de tank en ik heb er zelf ook nog mee gereden. Waarom we dit ooit hebben gekocht, ik weet het niet. Het was uiteraard mijn vader die de beslissing nam, dus ook toen we oud genoeg waren om met de auto te rijden, hadden we geen stemrecht.

Toch is er op een bepaald moment een kentering gekomen. Ik weet niet waarom, maar plots werd er een hippe kleine wagen aangeschaft. De omstandigheden ken ik nog wel: we hadden plots twee auto's nodig en daarom werd beslist om twee kleine autootjes te kopen. Tweedehands uiteraard. Het ene was een Volkswagen Polo en het andere een Peugeot 205. Na enkele jaren was één van de twee overbodig geworden. Mijn broer had de wagen nodig gehad om de rit naar Duitsland en terug wekelijks af te leggen toen ie daar de verplichte legerdienst afwerkte. Maar toen die erop zat, werd beslist om één van de twee wagens van de hand te doen. Hoeveel we ook riepen van alsjeblieft die trage, slome Polo weg te doen en de hippe, rode, snelle Peugeot te houden, het mocht niet baten. Pa besliste om ons geliefd vinnig autootje te verkopen. We bleven achter met de Polo want die was betrouwbaar en zuinig. Traag vooral, ja! Dat werd niet uitgesproken, maar ik weet zeker dat het meespeelde. Het idee dat we met een hippe, vinnige auto mochten rijden was in strijd met elk beginsel van wat een auto moest zijn en hoe je er mee omgaat. Het moet betrouwbaar, zuinig, grijs, traag en onopvallend zijn.

Mijn eerste auto die ik zelf kocht was dit. De dubbele uitlaat en de spoiler moet je wegdenken, ik wil alleen een duidelijk punt maken ;-)

De Peugeot 206 GTI was een slechte auto. Hij was niet betrouwbaar, niet grijs, helemaal niet zuinig, razendsnel en erg opvallend. Exact het tegenovergestelde van wat ik thuis geleerd had dus.


Zei ik nu eerder dat ik mijn smaak in auto's niet te danken heb aan mijn pa? Nu ik het bedenk.. wel dus hè. Neem het tegengestelde van alles wat volgens hem een auto moest zijn. Dat is mijn smaak in auto's :-)


Geen opmerkingen:

Een reactie posten