vrijdag 13 juni 2014

Jaloezie en afgunst

Ik ben zo dom geweest toen ik het liet meespelen. Er was hulp nodig van mensen die gestudeerd hebben en de menselijke geest beter begrijpen dan ik toen deed. Maar dat het soms sluimerend aanwezig was, was één van de belangrijkste oorzaken van het ongeluk waarin ik me dacht gestort te hebben.

Ik schrijf wel degelijk 'dacht', want mijn ongeluk was overgoten met wodka, en dat was oorzaak nummer één om het zover te laten komen. Het drankje zorgde er ook voor dat ik deze twee gevoelens uit de titel - die trouwens een verschillende betekenis hebben - soms zo erg heb gevoeld.

Jaloezie wil zeggen dat je niet tevreden bent omdat een andere persoon iets heeft dat jij niet hebt. In afgunst zit dezelfde component, maar er is wel degelijk een belangrijk verschil. Als je jaloers bent, dan wil je dat wat de andere heeft ook hebben of bereiken. Bij afgunst kan je alleen niet verdragen dat iemand anders iets heeft, maar je verlangt er zelf niet naar. Misschien is afgunst nog wel een gevaarlijker gevoel als het om de aantasting van je geluk gaat. Iemand die afgunst heeft, wenst immers de tweede persoon ongeluk toe. Een arbeider die afgunstig is op de Porsche van zijn baas wil niet per se zelf die Porsche hebben, want in zijn sociale omgeving zou dat belachelijk zijn. Zijn vrienden en familie zouden hem uitlachen of denken dat ie plots de lotto won of drugdealer als bijberoep heeft. Hij is afgunstig op de Porsche van zijn baas en zal misschien 's nachts met zijn sleutel in de carrosserie gaan krassen, of lachen als de baas putten in zijn dak krijgt door een hevige hagelbui. Afgunst is dus per definitie iemand anders ongeluk toewensen, en het is één van de belangrijkste redenen waarom iemand nooit gelukkig kan worden.

In het gesprek met mijn psychologe ging het over een fabrieksarbeider. Ik had hem achter zijn rug uitgelachen toen ik als jobstudent met hem samenwerkte. Hij stapelde warm gebakken bakstenen op een pallet en moest uitrekenen hoeveel stenen er op één pallet kunnen. Hij kon tachtig stenen op één laag stapelen en moest weten hoeveel er dan op één pallet passen. Eén pallet heeft acht lagen, en hij nam dus een papiertje om uit te rekenen hoeveel 8 x 80 was. Ik zei lachend dat je daar toch geen papiertje voor nodig hebt, want hij schrok van mijn hoofdrekencapaciteit toen ik zei dat het er 640 moesten zijn. Hoe kon ik dat nu weten met zo'n grote getallen!

Maar ik zat wel bij de psychologe omdat mijn leven in een vergeetput was gevallen. Zij vroeg me of de man die wat minder goed was in hoofdrekenen een lach op zijn gezicht had als ie op z'n werk kwam. Ik moest dat bevestigen, de man zei zelfs ooit dat ie blij was met zijn job omdat binnen het bedrijf andere arbeiders de stenen uit de oven moesten halen, en dat was dus veel zwaarder werk. Maar deze man had voldoening in zijn werk en hij straalde als hij me had kunnen aanleren hoe ik zijn tempo bijna kon evenaren op het einde van mijn studentenjob.

Het cliché dat geld niet gelukkig maakt geloofde ik niet. Maar de man die stenen stapelde had geen jaloezie of afgunst. Mijn postbode en onze vuilnismannen hebben dat ook niet. Ze doen fluitend en lachend hun ronde zonder dat er nagedacht wordt over de Porsche van de baas. Er zullen best wel werknemers zijn die het gevoel wel hebben, ik vrees ook dat hun vakbond dit soort gevoel soms aanwakkert.

Maar ik herinner me het moment. Er kwam één bepaald moment dat ik voor mezelf heb beslist om al die onzin achter mij te laten. Ik kon het pas echt toen ik meer mensen leerde kennen die een andere levensweg hadden doorwandeld. Als je enkel je oude klasgenoten in je vriendenkring hebt, zal je jezelf vergelijken met die groep en de kans is reëel dat je niet het meeste geld verdient in die groep. Er is er trouwens in elke klas maar één die het meeste verdient, alle anderen moeten 'onderdoen'. Als die allemaal afgunst voelen, zal je behoorlijk vervelende klasreünies krijgen.

Maar het is al jaren weg, dat gevoel. Daar ben ik heel erg blij om, want een score op de geluksschaal boven de vijf op tien zat er voor mij niet in als ik geplaagd werd door jaloezie of afgunst. Het komt trouwens van pas, nu ik door mijn langrdurige ziekte er financiëel behoorlijk op achteruit ga. En nee, hoe vreemd het ook klinkt, dat heeft tot nu toe geen enkele invloed op mijn score op de geluksmeter.

Dus dank u fabrieksarbeider, psychologe en Cola Zero om me dit duidelijk te maken :)

2 opmerkingen:

  1. Ik ben fier op je Jan. Ik ben fier dat ik een vriendin mag zijn voor jou. Net omdat je geen jaloezie of afgunst kent en omdat je andere mensen gunt wat ze hebben of bereiken in het leven. Ik zie je graag xx

    BeantwoordenVerwijderen